Enkele weken terug ook (al dan niet van ver) de heibel gevolgd rond het bekend raken van de identiteit van “The Stig”, Top Gear’s gemaskerde racer die, in pure Michel Vaillant-(en dus Jean Graton-)stijl, één van de belanrijke ijkpunten is in het populairste “auto”programma van de hele wereld. Tot grote verbazing van heel wat fans ging het hier eerder om een “tweederangsrijder” dan om een grote F1-piloot zoals vele Top Gear aanhangers hadden geloofd/gehoopt (de Michael Schumacher-aanhang op kop). Voor deze Stig zijn er trouwens al andere geweest, want vroeg of laat worden ze het allemaal beu niet van de commerciële vetpotten van het sterrendom te kunnen genieten zoals in eerste instantie Jeremy Clarkson overvloedig bewijst, maar waarbij ook de heren May en Hammond zich niet onbetuigd laten. Geen nood, een nieuwe Stig is rap gevonden, want als je een deugdelijk rijder tijd genoeg geeft om een bizar circuit als dat van Top Gear op zijn duimpje te kennen, moet je al echt van goeden (Hamilton-)huize zijn om hem qua rondetijden te komen bedreigen.
Verleden jaar kregen we onverwacht een telefoontje van één van de producers van Top Gear die via via te weten was gekomen dat ondergetekende een voet binnen had bij “the military” — wij gebruiken namelijk een militaire piste voor de testmetingen van AutoGids – en die dringend zo’n piste moest hebben om een “duel” tussen Engeland en Duitsland te filmen. Het ging daarbij om een dragrace waarbij onze drie spitsbroeders hun tegenhangers van het Duitse Top Gear uitdaagden met materiaal naar keuze. Zo gezegd zo gedaan en die bewuste woensdagvoormiddag streek zomaar eventjes een crew van meer dan 50 mensen (Engelse ambulance en dokter incluis) op en nabij de piste neer om het enkele minuten durende item zo snel mogelijk in te blikken (ondertussen al een paar keer uitgezonden, samen met een race van op elkaar geschroefde auto’s op het circuit van Zolder). We werden ter plekke voor onze inspanningen uitvoerig over de bol geaaid (figuurlijk!) door de producers, maar de drie heren van stand gunden ons uiteraard geen blik. Zij werden omringd door schminksters, assistenten en stand-ins (!),bopdat toch maar niks van hun wensen onvervuld zou blijven.
Nu zijn we de heer Clarkson vroeger al tijdens enkele andere (auto)manifestaties tegengekomen en we zoeken ondertussen nog altijd tevergeefs naar een arrogantere klootzak dan “His Royal Carness”. Hij kan dan wel bijzonder goed schrijven, iedereen afzeiken is by far zijn meest geliefkoosde bezigheid, vanuit een superioriteitsgevoel dat duidelijk geen grenzen kent. Eén keer was hij duidelijk minder groot(s) : toen hij in de begintijden van Top Gear eens de toenmalige Opel Vectra op zo’n onheuse manier met de grond gelijk maakte dat wat later enkele arbeiders van de Vauxhall-fabriek bij hem thuis verhaal kwamen halen. Toen was de grote Clarkson iets minder dominant…
Ondertussen kunnen Top Gear fans ook op onze eigenste VRT naar hun programma kijken, zij het met een aantal maanden vertraging. Op onze nationale omroep moeten ze nochtans al decennia lang niets van auto’s weten, laat staan van programma’s daaromtrent, het politiek correcte denken op dit vlak tiert welig in de wandelgangen van het Reyers-complex. Tenzij het programma heel politiek incorrect is en vooral veel kijkers zou kunnen aanspreken. Dan is de netmanager en “meerwaardezoeker” van Canvas er als de kippen bij om de serie “in uitgesteld relais” aan te kopen. Waarmee nog maar eens bewezen is wat we al lang wisten : Top Gear is geen autoprogramma. Maar uitstekende, sensationele, entertainmenttelevisie is het wel. Van de bovenste plank.